Is bijvoeglijk naamwoord vragend: 3 interessante feiten

In dit artikel gaan we dieper in op een subtype van bijvoeglijke naamwoorden en proberen we de vraag te beantwoorden "Is bijvoeglijk naamwoord vragend?"

Zoals we allemaal weten, staan ​​bijvoeglijke naamwoorden bekend als beschrijvende woorden en werken vragende bijvoeglijke naamwoorden vaak onder een specifieke context.

Wat zijn vragende bijvoeglijke naamwoorden?

Bijvoeglijke naamwoorden die een vraag stellen en voor een zelfstandig naamwoord worden geplaatst, zijn vragende bijvoeglijke naamwoorden.

Hier is een lijst met woorden die als vragende bijvoeglijke naamwoorden kunnen worden beschouwd als ze voor een zelfstandig naamwoord worden geplaatst.

  1. Wat
  2. Welke
  3. Wiens

Wanneer is een bijvoeglijk naamwoord vragend?

Een bijvoeglijk naamwoord is vragend wanneer het bestaat uit een eigenschap van vragen stellen over het zelfstandig naamwoord waar het voor wordt gebruikt.

Bijvoorbeeld: Welke tafel moet ik deze op zetten?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'tafel'.

Kunnen vragende voornaamwoorden bijvoeglijke naamwoorden zijn?

Ja, vaker wel dan niet kunnen vragende voornaamwoorden bijvoeglijke naamwoorden zijn als en alleen als ze voor een zelfstandig naamwoord worden geplaatst.

Bijvoorbeeld: Wiens pot kiezels is dit?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'kan'.

Gebruik van vragend bijvoeglijk naamwoord

Vragend bijvoeglijke naamwoorden hebben veel toepassingen, zoals blijkt uit de voorbeeldzinnen hieronder.

1.     Welk boek heb je gelezen?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk voornaamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'boek'.
  • Zei bijvoeglijk naamwoord demonstreert een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, waardoor het gebruik ervan wordt gerechtvaardigd.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

2.     Welk paard kies jij om op te rijden?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'paard'.
  • Zei bijvoeglijk naamwoord demonstreert een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, waardoor het gebruik ervan wordt gerechtvaardigd.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

3.     Wiens kopje is gevuld met sinaasappelsap?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'beker'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

4.     Welke opleiding heb je gekozen voor je diploma?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk voornaamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'Cursus'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

5.     Naar welke hogeschool ga je?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'middelbare school'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

6.     Naar wiens feest gaan we?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'partij'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

7.     Welk fruit raad je aan om in dit dessert te doen?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'fruit'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

8.     Welke film is jouw favoriet?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'film'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

9.     Van wie zijn deze schoenen hier op de plank?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'schoenen'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

10.  Welke smaak ijs heeft ze het liefst?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'smaak'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

11.  Welke bloem past het beste bij de decoraties?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'bloem'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

12.  Wiens opdracht moet nog worden ingeleverd?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'opdracht'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

13.  Op welke ideeën kwam iedereen voor de nieuwe campagne?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'ideeën'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

14.  Welke broek denk jij dat bij dit vest past?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'broek'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

15.  Wiens shirt heb ik net in de wasmachine gedaan?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'shirt'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

16.  Bij welke bank heeft u uw nieuwe rekeningen geopend?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'bank'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

17.  Welk huis in deze straat is van haar?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'huis'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

18.  Van wie is dit bord vol koekjes?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'bord'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

19.  Welke plant heb je gekocht voor in de tuin?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wat' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'plant'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

20.  Onder welke boom zullen we gaan zitten om de meeste schaduw te krijgen?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'die' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'boom'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

21.  Wiens kleren liggen daar gewoon op de grond?

  • Hier kunnen we zien dat het woord 'wiens' wordt beschouwd als een bezittelijk bijvoeglijk naamwoord.
  • Het bevestigt het gebruik ervan als een vragend bijvoeglijk naamwoord, omdat het voor het zelfstandig naamwoord wordt geplaatst 'kleren'.
  • Genoemd bijvoeglijk naamwoord toont een vraag over het genoemde zelfstandig naamwoord, en rechtvaardigt daarom het gebruik ervan.
  • Het is ook handig bij het toevoegen van extra informatie door te vragen naar de verbondenheid of de staat van het zelfstandig naamwoord.

Conclusie

Daarom is het antwoord op de vraag "Is bijvoeglijk naamwoord vragend?" is een 'Ja' omdat bijvoeglijke naamwoorden in een vragende vorm kunnen functioneren zolang ze voor een zelfstandig naamwoord worden geplaatst.